De loopgraven zijn gegraven. De soldaten liggen klaar. De munitie
komt eraan. Ze zijn er klaar voor. De cyberoorlog.
Boeren
willen glasvezel. Stond afgelopen dinsdag in de krant. Internetbedrijven
sputteren alleen tegen omdat het niet rendabel zou zijn om glasvezelkabels aan
te leggen in buitenwijken. Dat zou te duur zijn in deze economische tijden,
aldus internetbedrijven. Dus wat doe je dan? Natuurlijk, zelf geulen graven,
waar dan vervolgens de glasvezel zijn onderkomen mag vinden.
'Ja,’
zeggen internetbedrijven, ‘in die buitenwijken liggen toch niet zoveel
kabels. Kan geen kwaad.’ Toch worden er meer dan 100 slachtoffers per dag
gemeld. Zoals dat gaat in een oorlog vallen er altijd slachtoffers, het materieel
wordt beschadigd en de boersoldaten raken uitgeput. Ik hoop niet dat ze overgaan
op onzedelijk gedrag, zoals ook gebruikelijk is in oorlogstijd.
Als eenmaal
alle loopgraven zijn gegraven wordt het tijd om de munitie aan te leveren. De glasvezelkabels zullen worden gelegd. De boersoldaten houden de wacht. En de oorlog om
Angry Birds en Game of Thrones kan in glasvezel snelheid beginnen.
Wie het
mooiste spul heeft, kan het beste oorlog voeren. En dan wil je als moderne
boer/buitenwijker niet achterblijven. Je wilt meedoen, erbij horen, knallen. De
cyberoorlog is van ons allemaal. Of de internetrevolutie voor de gematigden
onder ons, maar in dit scenario klinkt cyberoorlog gewoon leuker. Want geulen
en loopgraven, lijken wel verdacht veel op elkaar.
De artillerie
in het boerendorp laat zich niet kennen. Ze gaan door. 100 slachtoffers per dag
of niet. En als de (vredes)missie een succes blijkt te zijn, zal hij
hoogstwaarschijnlijk worden uitgebreid naar andere buitenwijken, wat weer meer
boersoldaten kan opleveren. De bedoeling van de missie is de boer zelfstandig
te maken. Dat hij zijn eigen internetboontjes kan doppen, om het zo maar te
zeggen.
Maar zoals
met iedere oorlog is de uitkomst altijd een teleurstelling. Het je eindelijk
glasvezel, ligt de volgende vijand alweer om de hoek. Sneller, geavanceerder
internet.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Ik lees graag ook jouw mening